
Bij het verzamelbegrip patellofemoraal pijnsyndroom gaat het om pijnklachten in het voorste gebied van de knie en de knieschijf (patella). Deze manifesteren zich vooral achter de knieschijf, maar kunnen ook uitstralen naar gebieden voor en rondom de knieschijf.
Het patellofemoraal pijnsyndroom is wijdverbreid en een van de meest voorkomende klachten aan de voorste knie. Doorgaans doet de pijn zich het eerst voor bij belasting, zoals trappenlopen, wandelen of fietsen.
Vaak treft het patellofemoraal pijnsyndroom jonge, actief sportende vrouwen, maar het komt ook veelvuldig voor bij sporten waarbij de knieën zwaar belast worden door springen, snel draaien en afremmen.
Bovendien kunnen een verkeerde beenstand, zoals X-benen, anomalieën, zoals hoogstand van de knieschijf, musculaire disbalans of te zwakke spieren om de knieschijf te stabiliseren de oorzaak zijn voor een patellofemoraal pijnsyndroom.
Bij het patellofemoraal pijnsyndroom (PFPS) ontstaat de pijn in de patellaire gewrichtsvlakken tussen bovenbeen en knieschijf. Als de knieschijf niet exact door het gootje van het bovenbeen glijdt, ontstaat er kniepijn, vooral bij belasting.
Velen kennen het patellofemoraal pijnsyndroom nog onder zijn vroegere benaming: chondropathie of chondropathia patellae. Andere namen voor het ziektebeeld zijn: voorste kniepijn, retropatellair pijnsyndroom, retropatellaire gewrichtspijn en retropatellaire pijn. Maar ook parapatellair pijnsyndroom, chondromalacia patellae, chondromalazia patellae, chondromalazie worden gebruikt. Verder zijn de afkortingen PFPS voor patellofemoraal pijnsyndroom en FPP voor femoropatellair pijnsyndroom gebruikelijk.
De exacte oorzaak van het patellofemoraal pijnsyndroom blijft vaak onduidelijk. Toch zijn er verschillende situaties die aanleiding kunnen geven voor dit ziektebeeld:
De patella bevindt zich normaal gesproken in het glijpad tussen de gewrichtsvlakken van het bovenbeen. Deze doen dienst als een soort geleiderail. Verder wordt de patella gestabiliseerd door de spieren en de zijbanden van de knie. Als het glijpad door een musculaire disbalans verandert, kan er wrijving ontstaan die hevige pijnen kan veroorzaken.
De omliggende banden en spieren trekken de patella naar één kant, wat leidt tot een vervorming of verkeerde stand van de patella. De patiënt lijdt aan een iliotibiaal bandsyndroom (lopersknie). Dit ontstaat door een overbelasting van de tractus iliotibialis. Dit is een bindweefselplaat aan de buitenkant van het bovenbeen die de spieren ondersteunt.
Als de knieschijf een asymmetrische vorm heeft, spreken we van een patelladysplasie. Bij deze meestal aangeboren vormafwijking kan het kraakbeen onder de knieschijf overmatig slijten door een eenzijdige belasting.
Bij een verkeerde beenstand verloopt de gewichtsbelasting van het kniegewricht niet optimaal en ontstaat er een verkeerde belasting. Dit kan leiden tot kraakbeenslijtage en gewrichtsbeschadiging, wat retropatellaire pijn, dus pijn achter de knieschijf, kan veroorzaken.
Met name bij een geïntegreerde behandeling met verschillende bouwstenen heeft een conservatieve therapie voor het patellofemoraal pijnsyndroom beslist goede vooruitzichten op succes.
Een combinatie uit hulpmiddelen, gecontroleerde beweging, fysiotherapie en zelfmanagement is de sleutel tot succes.
Bij chronische of acute pijn aan het kniegewricht doen knieorthesen en -bandages dienst als ondersteuning. Pijnverzachting is mogelijk door aanvullende stabilisatie en compressie van het kniegewricht. Behalve hulpmiddelen direct op het kniegewricht is het vaak noodzakelijk om ook orthopedische pads te laten maken.
Bij overmatige belasting kan een knieorthese of -bandage ook ter preventie gedragen worden, om te voorkomen dat de pijn opnieuw optreedt.
Orthese voor het beïnvloeden van het glijpad van de patella
De JuzoPro Patella Xtec Plus wordt gebruikt voor een op de therapie afgestemde behandeling van het patellofemoraal pijnsyndroom. In de orthese bevindt zich een pelotte in de vorm van een hoefijzer rondom de knieschijf. Door middel van een sluitmechanisme wordt de pelotte gecentreerd om zo het glijpad van de patella te corrigeren. Verder wordt de spier aan de binnenkant van het bovenbeen (musculus vastus medialis) gestimuleerd door de noppen in de pelotte. Een tweede pelotte ontlast de patellapees en verzacht de pijn dankzij de noppen.
Op behoefte afgestemde therapie in twee fasen
De JuzoPro Patella Xtec Plus orthese is aanpasbaar aan elke behoefte in de verschillende therapiefasen. In de acute fase draagt het compressiebreiwerk van medische compressieklasse 2 ertoe bij de zwellingen te verminderen. Voor de tweede fase van de therapie kan, in overleg met de arts, de centreringspelotte worden gecombineerd met de bijbehorende patellapeesband.
In de acute fase is het zinvol om de belasting onmiddellijk te stoppen. Zodra de pijn het toelaat, kan een gerichte mobilisatie worden uitgevoerd. Met betrekking tot het type en de omvang van de oefeningen is het raadzaam om de behandelend arts frequent te raadplegen. Te lang het gewricht ontzien kan contraproductief zijn, omdat de ondersteunende spieren worden afgebroken waardoor de disbalans kan toenemen. Regelmatige oefeningen versterken de spieren en kunnen zo een disbalans opheffen.
Met de JuzoPro Patella Xtec Plus orthese wordt de knieschijf weer in het juiste pad geleid om een pijnvrije beweging te bevorderen. Oefeningen op maat helpen om de ondersteunende spieren te versterken en eventuele disbalans te compenseren. In samenwerking met therapeuten heeft Juzo de volgende serie van oefeningen samengesteld.
Een geïntegreerde behandeling bestaat naast regelmatige beweging ook uit fysiotherapie. Hierbij is het belangrijk om de methoden aan te passen aan de indicatie en het individuele pijnbeeld.
Fysiotherapie omvat diverse behandelingen zoals fysiotherapie, manuele therapie, massage, thermotherapie, elektrotherapie, ultrasonotherapie of hydrotherapie. Het is natuurlijk ook mogelijk om meerdere behandelingsvormen met elkaar te combineren.
Andere behandelingsopties zijn schokgolftherapie, injectietherapie, kinesiotaping en acupunctuur.